Opdracht 7: Outlook

Eindtermen

2. De leerlingen gebruiken ICT op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier. 

3.  De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een ICT ondersteunende leeromgeving.

4. De leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunende omgeving. 

5. De leerlingen kunnen ICT gebruiken om hun eigen ideeën creatief vorm te geven. 

6. De leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren. (Enkel voor de leerlingen met een verdiepingsopdracht!)

8. De leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren.

Leerplandoelstellingen

Mediakundige ontwikkeling

MEva1 Technische en instrumentele vaardigheden computervaardigheden ontwikkelen.

MEva3 Digitale informatievaardigheden ontwikkelen.

Taalontwikkeling

TOsn3 Een schriftelijke boodschap overbrengen. 

Socio-emotionele ontwikkeling

SEgb1 Gevoelens en behoeften bij zichzelf en anderen beleven, aanvaarden, herkennen en in taal uitdrukken.

Ontwikkeling van het innerlijk kompas

IVzv5 Op een constructieve manier met feedback omgaan.

Beschrijving

Het is ondertussen eind november... Je kent het wel. Tijdens het ochtendritueel vraag je als leerkracht: "Welke maand komt na de maand november?" Wanneer de leerlingen het antwoord niet weten, geef je een tip: "De maand van kerst, van de Sint,...." En dan weten de leerlingen het direct! Het is bijna december, de maand van Sinterklaas. 

Vandaag gaan de leerlingen niet in volle klasgroep werken. In de klas van groep 4, splitsten de klasjuffen de klas op woensdag in twee groepen. Dit gaan we vandaag ook doen. We gaan dus aan de slag met de eerste groep van 12 leerlingen. De overige 12 leerlingen krijgen op het zelfde moment in een ander lokaal een andere les. Nadien wisselen de groepen van les. In de activiteit die ik nu ga toelichten, krijgt elke leerling een computer of een IPad. Er zijn 8 Ipads beschikbaar en 4 computers. We gaan vandaag een mail via outlook sturen naar de sint. Na een gesprek over communicatiemiddelen zoals brieven, mails, mondeling, boeken, filmpjes,... gaan we over tot het programma "outlook". De leerlingen mogen zelf eerst een beetje ontdekken. Nadien is het de bedoeling dat ze een mail gaan maken voor de sint waarin ze vertellen wat ze graag zouden krijgen. Op het bord schrijft de leerkracht op wat er zeker in de brief moet:

- een aanspreking

- 3 cadeautjes die ik graag wil hebben

- een afsluiting

 

De leerkracht bespreekt de verschillende onderdelen van een mail, nadien mogen de leerlingen zelfstandig aan de slag. De leerlingen die hier nog niet volledig mee weg zijn, mogen eerst een brief op papier schrijven en die nadien overtypen in een mail. De leerlingen die sneller klaar zijn, mogen via google afbeeldingen hun cadeaus zoeken. Ze moeten de afbeeldingen in bijlage toevoegen. Helemaal op het einde van de les krijgen de leerlingen feedback op hun mail en indien nodig moeten ze dingen aanpassen. 

Verantwoording

De leerlingen mogen experimenteren met outlook, maar dit moet uiteraard op een veilig en verantwoorde manier gebeuren. De leerlingen hebben een duidelijk doel gekregen, dus ze gaan zeker doelmatig te werk. Het doel van de opdracht staat ook nog eens op het bordschema. De leerlingen kunnen zelfstandig leren en oefenen op het toestel dat ze voor ogen hebben. Ze mogen dit toestel ook gebruiken om hun eigen ideeën van cadeaus op te sommen in een mail. De leerlingen die een verdiepingsopdracht krijgen, moeten op google afbeeldingen informatie zoeken en selecteren. De leerlingen leren ook op een verantwoorde en veilige manier communiceren. Ze krijgen nadien ook feedback, waar ze constructief mee aan de slag gaan. Het is de bedoeling dat hun taal ook goed is. De leerlingen moeten in hun mail een schriftelijke boodschap kunnen overbrengen waarin ze hun verwachtingen, behoeften, gevoelens gaan formuleren. De vlugge werkers trainen vervolgens ook hun digitale informatievaardigheden. Uiteraard werkt de klas ook aan hun computervaardigheden door met deze hardware aan de slag te gaan.